Rechtbank geeft rijbewijs terug

De raadkamer van de rechtbank Noord -Nederland, locatie Leeuwarden, verklaarde vandaag een klaagschrift tegen de inhouding van het rijbewijs gegrond.

In mei van dit jaar reed mijn cliënt 169 kilometer per uur op een weg waar een maximumsnelheid van 100 kilometer per uur geldt. Het was zijn eerste keer maar wel goed raak om het zo maar eens te zeggen.

De overtreding werd middels een lasergun door de politie geconstateerd. Als gevolg daarvan werd het rijbewijs van cliënt ingevorderd en werd het daarna door de Officier van Justitie ook langer ingehouden en wel voor de duur van 3 maanden.

Een verzoek tot teruggave werd door de officier van justitie afgewezen waarna een klaagschrift bij de rechtbank werd ingediend. De verdediging was van mening dat de persoonlijke belangen van cliënt gaan boven die van de maatschappij. Eén van de persoonlijke belangen is dat cliënt – als ZZP’er – zijn rijbewijs nodig heeft voor zijn werk.

De rechtbank was ook van mening dat thans de belangen van cliënt zwaarder wegen, hij krijgt zijn rijbewijs terug. Op een later moment zal de zaak zelf worden afgedaan.

Vrijspraak in zedenzaak

Vandaag sprak de meervoudige strafkamer in de rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden, een man integraal vrij van seksueel misbruik van zijn toenmalige pleegdochter.

De rechtbank is met de verdediging van mening dat er niet aan het wettelijke bewijsminum wordt voldaan nu naast de aangifte er geen steunbewijs is. En dan moet een vrijspraak volgen. Door de officier van justitie werd twee weken geleden 4 jaar onvoorwaardelijke gevangenisstraf geëist.

Als gevolg van de vrijspraak werd de vordering van de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard.

De officier van justitie kan binnen veertien dagen in hoger beroep.

Voor seksueel misbruik pleegdochter 4 jaar gevangenisstraf geëist

Dat was gisteren de eis van de officier van justitie voor seksueel misbruik in de periode van augustus 2007 tot en met augustus 2015. Cliënt wordt ervan verdacht verschillende zedenfeiten te hebben gepleegd jegens zijn toentertijd inwonende pleegdochter.

De officier van justitie is van mening dat het seksueel misbruik wettig en overtuigend bewezen kan worden. Dit ondanks dat cliënt vanaf het begin heeft aangegeven de gestelde feiten niet te hebben gepleegd. Ook zou hij een schadevergoeding moeten betalen.

Door de verdediging is uitgebreid ingegaan op de betrouwbaarheid van de verschillende verklaringen, onder meer werd gewezen op opvallende verschillen in tegen hem afgelegde verklaringen en ook op dat de verklaringen niet altijd even consistent zijn.

Er is naar het oordeel van de verdediging niet buiten redelijke twijfel komen vast te staan wat door de officier van justitie aan cliënt wordt verweten en er werd dan ook een integrale vrijspaak bepleit.

De rechtbank doet op 22 juni a.s. uitspraak.