Gisteren veroordeelde de meervoudige strafkamer in de rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden, mijn cliënt tot een werkstraf voor de duur van 360 uren en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 6 maanden. Hiermee week de rechtbank af van de eis van de officier van justitie die een onvoorwaardelijke gevangenisstraf tegen cliënt eiste.
De rechtbank veroordeelde de man voor het beschikbaar stellen (verhuren) van een schuur voor de productie van synthetische drugs, zijnde een voorbereidingshandeling voor de uiteindelijke productie van die harddrugs.
Tevens veroordeelde de rechtbank hem voor medeplichtigheid aan het andere drugslab (in een loods) omdat hij allerlei zaken regelde en dingen deed die het mogelijk maakten om daar harddrugs te kunnen produceren.
Het was uitdrukkelijk niet zo dat voor zijn rekening en risico de drugslabs werden gedreven, dat waren anderen. Daar werd cliënt ook uitdrukkelijk van vrijgesproken.
Mede gelet op de lange duur van de strafzaak, de rol van mijn cliënt, de persoon en persoonlijke omstandigheden van hem (waaronder een blanco strafblad) hoeft hij niet naar de gevangenis waarbij de rechtbank wel uitdrukkelijk aangaf dat in beginsel voor dit soort zaken een onvoorwaardelijke gevangenisstraf wordt opgelegd.
De termijn om in beroep te gaan bedraagt veertien dagen.
