Veroordeling rijden onder invloed

Afgelopen vrijdag stond ik een cliënt bij die ruim 2 jaar geleden (!) onder invloed van drugs in Leeuwarden had gereden.

Na het ondergaan van een speekseltest kwam naar voren dat er door hem een combinatie van middelen was gebruikt, namelijk alcohol, cocaïne en ghb.

Cliënt had bij de politie aangegeven dat hij dat de avond tevoren had gebruikt en bij de politierechter in de rechtbank Noord-Nederland gaf hij aan dat hij zich er niet van bewust was geweest dat dit de volgende dag nog in zijn bloed aan te treffen was.

Hij werd eertijds niet staande gehouden vanwege verkeersonveilig gedrag maar enkel omdat de auto waarin hij reed was geschorst. Maar dat maakt niet uit omdat je simpelweg de grenswaarden van de verschillende stoffen niet mag overschrijden. Als er sprake is van gecombineerd gebruik van verschillende stoffen zijn de grenswaarden nog veel lager. En het wordt je zwaar aangerekend.

De afgelopen twee jaren was hij niet andermaal met justitie in aanraking gekomen zodat hij er nu met een werkstraf van 40 uren vanaf kwam met daarbij een voorwaardelijke ontzegging van de rijbevoegdheid voor de duur van 6 maanden, met een proeftijd van twee jaren.

Als gevolg van deze zaak had de politie ook een melding gedaan bij het CBR die zijn geschiktheid tot het besturen van een motorvoertuig heeft onderzocht. Hierdoor kon cliënt ruim een jaar lang niet een auto besturen.

Veroordeling Wet Wapens en Munitie

Afgelopen donderdag stond ik in de rechtbank Noord-Nederland een cliënt bij die werd verdacht van het voorhanden hebben van een aantal vuurwapens en een grote hoeveelheid munitie (scherpe en oefenpatronen). Ook werd hij verdacht van diefstal van spullen van zijn voormalige werkgever danwel zou hij deze spullen hebben geheeld.

Ongeveer 16 maanden geleden was hij hiertoe door de politie aangehouden en moest hij enige tijd op het politiebureau in Leeuwarden verblijven. Ik stond hem toen ook al bij.

Mede gelet op het feit dat alle wapens onklaar waren gemaakt (er kon dus niet mee geschoten worden) en hij er niet mee op de openbare weg te zien was geweest (de wapens en munitie werden door cliënt enkel in zijn woning gehouden), derden daarmee dus niet werden geconfronteerd en cliënt afstand deed van de in beslaggenomen spullen werd hij terzake van de overtredingen van de Wet Wapens en Munitie door de politierechter veroordeeld tot 60 uren werkstraf en werd hij vrijgesproken van de diefstal en heling.

Een en ander onder aftrek van de tijd dat hij gedwongen aan het politiebureau verbleef.

De zaak is onherroepelijk zo afgedaan omdat cliënt en de officier van justitie afstand deden van het recht op hoger beroep.

Snelrecht in Assen

Vandaag werd mijn cliënt door de politierechter in Assen voor een winkeldiefstal in Leeuwarden veroordeeld tot 2 maanden onvoorwaardelijke gevangenisstraf.

Er was een lekker geurtje in een tas verdwenen.

En hij blijft in voorlopige hechtenis totdat de opgelegde 2 maanden om zijn.

Strafverzwarend was dat hij het tezamen en in vereniging met een ander deed, hij dit eerder had gedaan en er gebruik werd gemaakt van een speciaal geprepareerde tas om het winkelalarm niet af te laten gaan.

Meer advocatendisciplines aan de Sophialaan 1a Leeuwarden

Als je een strafzaak hebt dan kun je zoals je inmiddels weet prima bij mij aan de Sophialaan 1a terecht. Ook als je voor gesubsidieerde rechtsbijstand (pro deo) in aanmerking komt.

Maar heb je een breder of een geheel ander juridisch probleem dan kun je ook uitstekend terecht bij van Beilen Advocatuur op hetzelfde adres. Harald van Beilen behandelt als zeer ervaren advocaat op deskundige wijze zaken op het gebied van (onder andere) huurrecht, arbeidsrecht, verbintenissenrecht, insolventies en ook intellectuele eigendom.

En als er meerdere disciplines nodig zijn dan vindt er tussen ons uiteraard overleg plaats om het maximale voor jou te bereiken. Voor zijn contactgegevens klik je op de volgende link: http://www.vanbeilenadvocatuur

Zedenzaak

Ik stond vandaag een cliënt bij die wordt verdacht van ontucht met een minderjarige jongen. Hij moest verschijnen voor de meervoudige strafkamer in de Rechtbank Noord- Nederland, locatie Leeuwarden.

In de periode van februari tot juni 2020 zou hij tweemaal afgesproken hebben met de jongen om seks met hem te hebben.

Cliënt ontkent niet dat dat het geval is geweest, hij had echter een andere beleving bij de leeftijd van de jongen.

Door de officier van justitie werd een gevangenisstraf van 24 maanden geëist waarvan 8 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren en onder oplegging van twee bijzondere voorwaarden. Indien de rechtbank de eis van de officier van justitie zou volgen dan zou cliënt 16 maanden naar de gevangenis moeten.

De benadeelde partij verzocht de rechtbank cliënt te veroordelen tot betaling van € 10.000 aan immateriële schadevergoeding. De officier vond dat te hoog en niet passend bij het aandeel van cliënt in de totale schade van de jongen en refereerde zich daaromtrent aan het oordeel van de rechtbank.

De verdediging was van mening dat de feiten wettig en overtuigend bewezen kunnen worden verklaard maar kwam – gelet op de grote persoonlijke belangen van cliënt- tot het voorstel om de onvoorwaardelijke gevangenisstraf gelijk te laten zijn aan de dagen dat cliënt in voorarrest heeft gezeten onder oplegging van een voorwaardelijke gevangenisstraf met een bijzondere voorwaarde, naast het opleggen van een stevige taakstraf.

Ten aanzien van de vordering van de benadeelde partij werd opgemerkt dat de verzochte schadevergoeding te hoog is en dat een bedrag van €2.000 redelijk en billijk is te achten.

De uitspraak volgt op 08 maart 2022 te 13:00 uur.